Stellen dat er op de krappe arbeidsmarkt een war for talent is uitgebroken, is bijna een open deur intrappen. Steeds meer bedrijven en organisaties hebben moeite om voldoende personeel te vinden. Door de grote uitstroom van de generatie babyboomers zal de krapte op de arbeidsmarkt nog toenemen. Volgens cijfers van de VDAB en zullen de komende jaren voor alle 100 werknemers die de arbeidsmarkt verlaten, slechts 82 nieuwe medewerkers instromen. In een interview in Het Laatste Nieuws omschrijft Fons Leroy, hoofd van de VDAB, al wie werk zoekt als een “gegeerde bruid”. Dat vraagt om actie: een taalcursus als wapen in de war for talent!
Bedrijven verwachten veel competenties van hun sollicitanten
Een vaak gehoorde opmerking is, dat bedrijven misschien wel personeel kunnen aantrekken, maar dat sollicitanten te weinig of verkeerd geschoold zijn voor de vacante functies. Vooral in technische beroepen blijken de kandidaat-medewerkers vaak onvoldoende opgeleid te zijn of hebben ze niet de verwachte competenties. Taalkennis is een voorbeeld van zo’n verwachte competentie. Het spanningsveld tussen gewenste en aanwezige competenties uit zich tegenwoordig niet enkel meer in zogenaamde “knelpuntberoepen”.
Taalkennis wordt vaak vereist, maar is steeds minder aanwezig
België is nog steeds een exportland. Dat maakt dat voor heel veel functies en in tal van sectoren taalkennis vereist wordt. Sollicitanten die een tweede of derde taal beheersen, meestal Engels of Frans, hebben in de selectieprocedure dan ook een streepje voor. Helaas is het ook een vaststelling dat in België de kennis van vreemde talen, van oudsher onze traditionele troef, steeds minder wordt. Schoolverlaters kunnen zich meestal wel uitdrukken in het Engels, maar slagen er quasi niet in Frans of Duits te spreken.
Help! Mijn nieuwe ingenieur is briljant, maar spreekt geen Duits!
Óf taalkennis, óf andere kennis en competenties. Beide lijken maar heel zelden samen te gaan. En toch is voor heel veel functies taalkennis belangrijk. Bijvoorbeeld voor ingenieurs die met buitenlandse opdrachtgevers te maken krijgen. Of voor sales managers die hun producten of diensten op een anderstalige markt aan de man moeten brengen. De wereld is immers een dorp geworden. Als je een taalkundige richting gestudeerd hebt, is het evident dat je meerdere talen onder de knie hebt. Voor iemand die in een economische of technische richting gestudeerd heeft, is dat tegenwoordig veel minder vanzelfsprekend.
Een taalcursus als wapen in de war for talent
Stel je hebt eindelijk die ingenieur gevonden die over alle nodige technische competenties beschikt en bovendien wonderwel in jouw team past. Maar helaas: hij spreekt geen Duits en laat dat nu net een voorwaarde zijn voor de samenwerking met jouw Duitse klanten.
Of nog: die witte raaf met al zijn commerciële talenten die jouw producten beslist aan de man zal kunnen brengen, is na een lange zoektocht bij jouw bedrijf geland. Afknappertje: hij spreekt geen Frans en kan dus geen onderhandelingen voeren met jouw klanten in Wallonië en Frankrijk.
Moet je dan als werkgever afhaken? Zoveel talent door je vingers laten glippen? Nee, dat hoeft helemaal niet. Je kunt als werkgever een taalcursus inzetten in de war for talent.
Bied je potentiële nieuwe werknemer een taalcursus aan en geef hem de kans om zijn taalkennis bij te schaven. Zodoende kun je toch maximaal gebruiken maken van het technische vernuft van je nieuwe ingenieur of volop je voordeel doen met het commerciële talent van je nieuwe sales manager.
In een modulair systeem biedt een taalcursus nieuwkomers in je bedrijf de kans om ook op vlak van communicatie meer vaardigheden te verwerven. In ruil krijg jij als organisatie de getalenteerde medewerkers die je als onderneming nodig hebt en die schaars goed zijn op de arbeidsmarkt.
Conclusie: een taalcursus is een krachtig wapen in de war for talent
Een taalcursus biedt je de mogelijkheid getalenteerde krachten die je anders omwille van een gebrek aan taalkennis zou laten gaan, toch aan boord te halen. Een taalcursus is een echte win-winsituatie. De werkgever loopt geen getalenteerde nieuwe medewerkers mis en de medewerker krijgt de kans polyvalenter te worden door zijn professionele taalvaardigheid te vergroten.
De Vlaamse overheid helpt een handje
Als een Vlaamse KMO een taalcursus wil organiseren voor haar medewerkers, dan steekt de Vlaamse overheid een handje toe. Opleidingen die de internationale concurrentiekracht van Vlaamse KMO’s versterken, kunnen via het systeem van de KMO-portefeuille rekenen op subsidies, die kunnen oplopen tot 40 %. Een niet te versmaden ruggensteuntje van de Vlaamse overheid!